BC Sittard Butler Halve Marathon 2005


Fortuna Stadion, Sittard, 27 augustus 2005


Zitting 01, Spellen 01-03


Copyright © 2005-2025 by Michel Franssen

Aanbevolen Biedverloop:

2© = zwak sprongvolgbod, 6-kaart ©, 5-10 hcp (hcp = honneurpunten). Kwetsbaar heeft west voor zo'n zwak sprongvolgbod tenminste 2 tophonneurs in de ©-kleur (HVxxxx of beter).
Dbl = negatief, 4-kaart ª en 8-11 hcp.
Zuid heeft geen bevredigend rebid. 2SA belooft 12-14 hcp, maar dan wél met een stopper in de vijandige kleur. De 3-kaart ª telt 3 honneur, dus is de 4-3 fit op 2-niveau wellicht het beste. Noord moet daarop passen, want hij heeft zijn hand wel verteld. Dat geldt ook voor oost en west.

Een plausibel Spelverloop:

West start ©V voor de heer. Oost speelt ©A na om hem in dummy tot introeven te dwingen. Zuid had een gedwongen bod, en als hij in een 4-3 ª-fit zit, raakt hij bij het troeven van hartens in dummy wellicht de controle over de troefkleur kwijt.

Zuid beseft, dat oost na ©A geen harten meer kan doorspelen, en ruimt van tafel een §-verliezer op. Met ¨AHxxx in dummy is een ¨-switch zeer onaantrekkelijk, dus probeert oost zijn partner te bereiken met een kleine §.

Oost heeft ©AH al laten zien, en zou met §A erbij wellicht nog 3© geprobeerd hebben. §A zit waarschijnlijk bij west, dus snijdt zuid met een kleine klaver uit de hand op de vrouw. West neemt het aas, en vervolgt ©B.

Dummy troeft hoog voor, waarna oost een ruitentje afgooit. Dan volgt §T voor vrouw en heer, ªA, en ªV, waaronder bij west de negen en tien tuimelen. Volgens het principe van de beperkte keuze duidt dit al bijna 3x vaker op een doubleton dan op een 3-kaart met de acht erbij. Nu west al een 6-kaart harten heeft getoond, heeft hij ook nog eens veel minder plaats voor een 3-kaart troef dan normaal.

Nu komen ¨A en ¨H, §B, §7 getroefd in dummy, en ¨8 getroefd in de hand. Zo maakt zuid zelfs een overslag.

Optimistisch Biedverloop:

3§ (sprongbod in de kleur van de tegenpartij, in het Engels een jumpcue geheten) = invite naar 4ª. Een mooie invulling voor een bod dat je anders nooit gebruikt, aangezien je met 2§ al om een §-stopper kunt vragen. Het 3ª-bod krijgt dan de betekenis van barrage (stopbod om tegenpartij uit het bieden te drukken). De 3433-verdeling weerhoudt zuid ervan om zelf direct de manche vol te bieden.

Wests strafdoublet vraagt slechts om een §-start, of een eventueel uitneembod in klaveren, indien oost een goede aansluiting heeft.

Noord is echt minimaal voor een kwetsbaar volgbod, en hoort dus beheerst af te zwaaien in 3ª.

Een plausibel Spelverloop:

De scherpe manche gaat down, als west na de §-start voor de heer naar ruiten switcht, en oost, zodra hij met troefaas aan slag komt, de  ¨-introever aangeeft. Als oost ¨A heeft in plaats van ªA, geeft hij west natuurlijk direct zijn introever. Heeft zuid beide azen (zoals zijn eventuele   manchebod suggereert), dan kan de manche niet down.

Aanbevolen Biedverloop:

De goede 6-kaart en 12 hcp rechtvaardigen het kwetsbare 2§-bod -in de sanwich- nog net. Zuid met zijn minimale opening heeft niets beters dan 2©. West kan alleen zijn mooie fit melden; als hij sterker is en meer wil, begint hij met 3©, het bod in de vijandige kleur.
Het 3©-bod van noord is een bijdrage in de deelscorestrijd, meer niet. Als noord meer wil, geeft hij een competitief doublet, om zijn overwaarde te laten horen. Zuid wordt geacht te passen, tenzij hij een maximum voor zijn 2©-bod heft (een punt of 15).

Een doublet op 3§ zal tegen gezond biedende tegenstanders, mensen die gewoon bieden wat ze hebben, zelden lucratief zijn, gezien hun superfit. Vaak wordt 3§ gemakkelijk gemaakt, zoals ook hier. Het is dus verstandig om in situaties, waarin beide partijen een superfit hebben, het strafdoublet op deelscoreniveau te vergeten, en in te ruilen voor dit veel efficiëntere competitieve doublet, dat overigens door een partner met de juiste kaarten (goede troeven) altijd nog met een pas kan worden ingelaten voor straf.

Een plausibel Spelverloop:

Oost incasseert §A, en gaat na het afsignaal van west op zoek naar de ª-switch. De vuistregel zegt, dat je door het sterk van tafel moet spelen, dus is die voortzetting met ªV niet eens zo moeilijk te vinden. Noord duikt, neemt de tweede ª-ronde, en ziet west na ©AH een klavertje dumpen. Er dreigen nog drie verliesslagen (in schoppen, harten, en ruiten), maar er is een redding: klavertje getroefd, ¨AH, en een troefje na. Oost moet in de dubbele §-renonce spelen, zodat zuid in de hand kan troeven, en van tafel een schoppentje afgooien. Dan volgt ruiten voor wests vrouw. Noord troeft elke return, en loopt binnen op zijn vrijgespeelde ¨B.

Als Noord op enig moment ©B voorspeelt, moet oost vooral niet dekken of gaan aarzelen, want dan heeft een gewiekste noord zelfs kans om 10 slagen te maken.

Ga naar Spellen 04-06